Wat is diabetes

Diabeteszorg rondom een operatie

Perioperatieve zorg is alle zorg die je krijgt voor, tijdens en na een operatie. Bij mensen met diabetes wordt bij perioperatieve zorg vooral ook goed gekeken naar de bloedglucosewaarden. 

In het kort 

  • Perioperatieve zorg is zorg voor de operatie, tijdens de operatie en na de operatie. 
  • Preoperatieve zorg is zorg voor de operatie. Zoals op tijd stoppen met medicatie en nuchter zijn. 
  • Mensen met diabetes hebben meer risico op overlijden of complicaties dan mensen zonder diabetes.  
  • Daarom is perioperatieve zorg bij mensen met diabetes heel belangrijk.  

Regels rond de operatie 

Elk ziekenhuis heeft regels en afspraken voor de operatie van iemand met diabetes. Dit heet een protocol. Een protocol vertelt bijvoorbeeld hoe de controle gaat van de bloedglucosewaarden tijdens de operatie. Voor dit protocol gebruiken ziekenhuizen de informatie van de Federatie Medisch Specialisten. Zij hebben onderzocht wat de beste behandeling is en hebben die informatie opgeschreven in regels.  

Inschatting van de risico's 

Een arts schat elke keer het risico van een operatie in. De arts kijkt naar de gehele gezondheid, alle gebruikte medicijnen, het type diabetes, de HbA1c en of er eerder complicaties waren. Al die gegevens bepalen of een operatie door kan gaan. En welke pijnstiller en verdoving wordt gebruikt.  

Sommige insulinepompen kun je aanbrengen op je arm. Je behandelaar kan je hier meer over vertellen.

Insulinebehoefte bij operaties 

De behoefte aan insuline is voor een operatie vaak hoger. Dit komt vaak door pijn, spanning, stress of hormonen die je aanmaakt. Maar pijnstillers of verdoving tijdens de operatie maken de behoefte aan insuline vaak weer minder. Koorts of infectie kan weer zorgen voor een andere behoefte aan insuline. Het is dus extra belangrijk dat de bloedglucosewaarden voor, tijdens en na een operatie goed in de gaten gehouden worden. 

Controle van de bloedglucosewaarden 

De verpleegkundige prikt voor, tijdens en na de operatie regelmatig de bloedglucosewaarden. Ze gebruikt daarbij een prikpen, teststrip en bloedglucosemeter. Ook als je een glucosesensor draagt, wordt vaak de vingerprik gedaan. De glucosesensor kan meestal op de arm blijven tijdens de operatie. Maar de zorgverleners volgen de glucosewaarden bijna altijd met de eigen bloedglucosemeter en een vingerprik.  

Insuline tijdens operatie 

In bijna alle gevallen wordt de insulinepomp afgekoppeld voor de operatie. Glucose en insuline wordt via een infuus in de arm toegediend. Dit helpt bij de vaak schommelende bloedglucosewaarden tijdens de operatie. Als je wakker bent wordt de insulinepomp weer aangekoppeld. Tot die tijd controleren de zorgverleners voortdurend je waardes. Bij diabetes type 1 wordt altijd voortdurend insuline toegediend tijdens de operatie. 

Medicatie voor en tijdens de operatie 

Welke medicijnen je wel en niet slikt voor de operatie hoor je ruim voor je operatie. Ook als je maar 1x per dag insuline toedient, hoor je wanneer je dat moet doen. Na de operatie spreekt de zorgverlener met je af wanneer je je medicatie weer zelf gaat slikken of toedienen. 

Na de operatie 

Als je zelf je glucosewaarden weer kunt en wilt bijhouden, dan mag dat meestal wel. Belangrijk is dat dat in de uren na de operatie vaak wordt gedaan. Koorts of een ontsteking kan de waarden namelijk laten schommelen. Je kan het ook nog een tijdje aan de zorgverleners overlaten. Ook als je weer thuis bent is het verstandig om nog een aantal dagen tot een aantal weken extra op je bloedglucosewaarden te letten. 

Artikel met medewerking van:

  • Anita Dijkhuizen, MSc - verpleegkundig specialist AGZ

Experts dragen bij aan betrouwbare informatie op diabetes.nl. Lees meer over hoe we als redactie keuzes maken.

Laatst bijgewerkt op: 23 maart 2023

Lees meer over Diabeteszorg

Volgend artikel