Moet je een sensor ijken?

Naar aanleiding van mijn blog over sensorperikelen werd gevraagd waarom er wordt geijkt. Welnu, dat is nodig als je met een sensor een insulinepomp regelt met een doe-het-zelf-lus. Te grote afwijkingen tussen de cgm-waarde en de bloedtest kunnen immers tot vervelende gevolgen leiden bij een automatische regeling (hypo's of hypers). Dexcom vindt een afwijking van +/- 20 procent acceptabel zoals op hun calibratieoverzicht in mg/dL in de link te zien is. Wanneer jouw sensor 5 mmol/l toont kan de werkelijke waarde bij Dexcom dus tussen 4-6 mmol/L liggen en bij 15 mmol/l tussen 12-18 mmol/l.

Aangezien een automatisch geregelde pomp nauwkeurig dient te zijn ingesteld, zal in de regel dagelijks een keer worden gevraagd om de gegevens van een bloedtest in te voeren voor het ijken van de instelling. Bij pompen die extra insuline toedienen zodra de glucose meer stijgt dan verwacht, zal vaker om een bloedtest worden gevraagd. Bij de dhz-systemen moet je daar meestal zelf rekening mee houden.

Voor een goede instelling van de ijklijn (de roodbruine lijn in de grafiek) zijn een tweetal ijkpunten nodig. Een bij een lage glucose (bv. 's ochtends nuchter) en een bij een hoge glucose (bv. een uur na een broodmaaltijd).

Uit een NightScout studie: